Verrekening tussen meerdere partijen

Verrekening tussen meerdere partijen

Verrekening is een prettige manier van betalen. Als partijen over en weer elkaars schuldeiser en schuldenaar zijn, kunnen vorderingen tegen elkaar weggestreept worden en hoeft er geen liquiditeit aan te pas te komen. De vorderingen gaan dan teniet tot het gezamenlijke beloop. Vooral bij faillissement is het recht op verrekening prettig. Door verrekening ‘betaalt’ de failliete schuldenaar haar vordering immers tot het gemeenschappelijk beloop. Dat is vaak (veel) meer dan dat zonder verrekening uit het faillissement wordt uitgekeerd. Bovendien voorkomt verrekening dat eerst een bedrag aan de failliete boedel moet worden voldaan. Een billijke uitkomst. Het recht op verrekening geeft dus een feitelijke voorrang en het is billijk dat de te verrekenen vorderingen in zekere zin tot zekerheid dienen ten aanzien van de failliete schuldenaar.

Wederkerigheid
Bedingen waarbij de bevoegdheid om te verrekenen wordt uitgebreid of juist beperkt, komen in de praktijk vaak voor. Het vereiste van wederkerigheid bij verrekening, dus dat partijen over en weer elkaars schuldeiser en schuldenaar zijn, kan bij overeenkomst worden uitgebreid. Het vereiste is van regelend recht. Er kunnen dus vorderingen en schulden van meer dan twee partijen bij een verrekenbeding worden betrokken. Dat kan in geval van faillissement (bijvoorbeeld van een groepsmaatschappij) het verschil zijn tussen alles of niets.

Faillissement en uitbreiding van de wederkerigheid
Een faillissement verandert in beginsel niets aan de werking van het verrekenbeding. De Hoge Raad heeft dat in november 2019 bevestigd ten aanzien van een verrekenbeding in een verhouding tussen vier partijen.

Partijen A en B zijn failliet verklaard. De pandhouder van A gaat de vorderingen innen en spreekt eiseres in cassatie (C) aan tot betaling van de aan de pandhouder verpande vordering van A op C van € 42.000,-. C heeft haar schuld aan partij A echter verrekend met een vordering van een derde op partij B (€ 18.000,-). Zij hoefde toen maar € 24.000,- te betalen. Er was hier dus geen sprake van wederkerigheid. Schuldenaar en schuldeiser liepen aan beide kanten uiteen.

De bevoegdheid tot verrekening van haar schuld aan A met de vordering op B ontleende C aan een overeenkomst met A en B die inhoudt dat zij de over en weer openstaande vorderingen met elkaar mochten verrekenen. Die overeenkomst, met contractuele uitbreiding van de wederkerigheid, hield dus stand.

Niet onaantastbaar
Een overeenkomst tot verrekening tussen meerdere partijen kan dus volgens de Hoge Raad standhouden. Geheel waterdicht is die niet. De overeenkomst met het verrekenbeding, kan bijvoorbeeld worden vernietigd op grond van de faillissementspauliana.

Ook is vereist dat de krachtens het beding te verrekenen vorderingen en schulden vóór de datum van de faillietverklaring zijn ontstaan of voortvloeien uit een al bestaande rechtsverhouding.

Gebruik verrekeningsbevoegdheid in uw voordeel
Bij een rechtsverhouding tussen meerdere partijen, zoals bijvoorbeeld kan bestaan binnen een concern, kan het recht op verrekening worden aangewend om risico’s bij faillissement te beheersen. Het gebruik van beperking of uitbreiding van verrekeningsmogelijkheden is echter slechts één van de vele middelen. Daarom is het aan te raden om een deskundige in te schakelen. De advocaten van de praktijkgroep Ondernemingsrecht van Daniels Huisman zijn specialist op dit gebied.

Heeft u vragen? Neem dan gerust contact op met Mark Loef of een van de andere advocaten van de praktijkgroep Ondernemingsrecht.

Deze blog is met aandacht en zorgvuldigheid geschreven, maar bevat informatie van algemene en informatieve aard. De informatie in de blog kan, afhankelijk van de omstandigheden van uw specifieke geval, niet of verminderd van toepassing zijn. De informatie in de blog dient derhalve niet als juridisch advies te worden beschouwd. Daniels Huisman aanvaardt dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit de blog.

Bericht delen via: