Coronavirus | Overmacht en franchise

Coronavirus | Overmacht en franchise

De impact van het corona-virus is groot. Iedereen wordt erdoor geraakt, zo ook franchisegevers en franchisenemers. De beslissingen die door het coronavirus genomen worden raken de bedrijfsvoering. Franchisegevers en franchisenemers kunnen hierdoor veelal niet meer aan hun contractuele verplichtingen voldoen. Eet- en drinkgeleden, sport en fitnesclubs, etc. zijn intussen verplicht gesloten. Andere ondernemers kiezen vrijwillig om deuren te sluiten, omdat zij de gezondheid van werknemers dan wel bezoekers niet meer kunnen garanderen. Maar ondertussen lopen de contractuele (betalings)verplichtingen gewoon door. Dit met alle gevolgen van dien.   

Nakoming is uitganspunt
In principe moeten franchisegevers en franchisenemers alle tussen hen gemaakte afspraken nakomen. Of er nu een pandemie is of niet. Het nakomen van afspraken vormt het uitgangspunt. Dat betekent ook dat wanneer een partij een afspraak niet nakomt, de niet-nakomende partij verplicht is om de schade die de ander daardoor lijdt te vergoeden. Daarnaast geeft niet-nakoming de andere partij het recht de (franchise)overeenkomst te beëindigen (te ontbinden). Een franchisegever kan dus – behoudens andersluidende contractuele afspraken – de franchise­overeenkomst (tussentijds) beëindigen wanneer de franchisenemer de franchisevergoeding niet voldoet.

Niet nakomen niet toerekenbaar: overmacht
Het lijkt waarschijnlijk dat het een franchisenemer niet is aan te rekenen wanneer hij de franchisevergoeding niet betaalt, omdat hij als gevolg van de effecten van het coronavirus zijn onderneming moet sluiten. Hoe moet die vergoeding worden betaald als er geen inkomsten worden gegenereerd? Denk ook aan doorlopende huurverplichtingen. Is er nu sprake van overmacht?

Er moeten twee situaties worden onderscheiden: 1) overmacht is contractueel geregeld of 2) overmacht is niet contractueel geregeld. In dat tweede geval valt men terug op de wet (artikel 6:75 Burgerlijk Wetboek).

Ad 1) Vaak is er in een franchiseovereenkomst een bepaling opgenomen over overmacht. Het voordeel van een contractuele bepaling is dat het voor beide partijen duidelijk(er) is wanneer er inderdaad sprake is van een overmachtssituatie en hoe partijen dan dienen te handelen met betrekking tot de (niet-) nakoming van de afspraken en de daarbij horende aansprakelijkheid.

Ad 2) De wet is een stuk minder duidelijk. In de wet is geregeld dat een tekortkoming een schuldenaar niet kan worden toegerekend ‘indien deze niet te wijten is aan zijn schuld en noch volgens de wet of in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt’. De wet moet een oplossing geven voor veel uiteenlopende situaties en er is dus veel ruimte voor discussie. Valt een bepaalde omstandigheid onder het begrip, of niet?  

Maar mocht blijken dat een franchisegever of franchisenemer vanwege de opgelegde overheidsmaatregelen zijn verplichtingen niet kan nakomen, dan ligt een beroep op overmacht voor de hand. Ook als dit niet schriftelijk is vastgelegd.

Gevolgen beroep op overmacht
Op overmacht moet door de franchisegever of de franchisenemer nadrukkelijk een beroep worden gedaan. Slaagt een beroep op overmacht dan is het niet-nakomen van de contractuele verplichtingen door de franchisegever of franchisenemer niet toerekenbaar. Dit heeft de navolgende gevolgen:

Met een beroep op overmacht kan de franchisegever of franchisenemer dus proberen om zijn schade te beperken.

Onvoorziene omstandigheden
Naast overmacht kan een franchisegever of franchisenemer ook onderzoeken of er sprake is van ‘onvoorziene omstandigheden’. Het is niet ondenkbaar dat het coronavirus – gelet op de wereldwijde gevolgen – is te kwalificeren als een ‘onvoorziene omstandigheid’. Indien een onvoorziene omstandigheid wordt aangenomen, dan kan de rechter de gevolgen van een overeenkomst wijzigen, of deze overeenkomst (geheel of gedeeltelijk) beëindigen (ontbinden).

Om een onvoorzienbare omstandigheid te kunnen aannemen mag deze op het moment dat partijen het contract aangingen, niet verdisconteerd zijn in de overeenkomst (bijvoorbeeld geen overmacht clausule) en de gevolgen moeten zodanig ernstig benadelend zijn voor de franchisegever of franchisenemer dat ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst van hen niet kan worden verlangd. Dit is een zeer zware toets.

Desalniettemin biedt het leerstuk van ‘onvoorziene omstandigheden’ naast een beroep op overmacht bescherming aan een franchisegever of franchisenemer die door omstandigheden niet in staat is om zijn verplichtingen deugdelijk na te kunnen komen.

Kortom
Indien er zich problemen voordoen bij de nakoming van een franchiseovereenkomst ten gevolge van het coronavirus, kan er mogelijk sprake zijn van een overmachtssituatie of van een onvoorziene omstandigheid. Of daarvan daadwerkelijk sprake is, zal beoordeeld moeten worden op basis van alle specifieke omstandigheden van het geval. Daarbij is het in ieder geval verstandig om in nog te sluiten (franchise)overeenkomsten of in de daarop van toepassing zijnde algemene voorwaarden een goede definitie op te nemen van overmacht en van de gevolgen daarvan. 

Wilt u advies over de vraag of in uw geval sprake is van overmacht of van een onvoorziene omstandigheid en welke acties u moet ondernemen om uw belangen veilig te stellen, dan zijn wij u daarbij uiteraard graag van dienst. 

Daniels Huisman advocaten
Praktijkgroep franchise
mr. Laurens Bezoen

Deze blog is met aandacht en zorgvuldigheid geschreven, maar bevat informatie van algemene en informatieve aard. De informatie in de blog kan, afhankelijk van de omstandigheden van uw specifieke geval, niet of verminderd van toepassing zijn. De informatie in de blog dient derhalve niet als juridisch advies te worden beschouwd. Daniels Huisman aanvaardt dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit de blog.

Bericht delen via: