De aanhouder wint

De aanhouder wint

Een ongeregelde rekening-courant, die door gebrekkige vastlegging en het uitblijven van terugbetalingen van kleur verschiet, kan menig groepsvennootschap of directeur-grootaandeelhouder in de staart bijten. Onlangs behaalden wij hierin een mooi succes.

Begin 2021 heeft de Rechtbank Overijssel alle vorderingen van mijn kantoorgenoot en curator Martijn Samsen toegewezen, als gevolg waarvan zijn wederpartij ruim € 22.000,- aan de faillissementsboedel moest betalen. Ik stond hem bij als zijn advocaat. Vaak is dat bijstaan een voornamelijk papieren handeling en doet de curator al het werk zelf, maar in dit geval niet. We hebben bij elke proceshandeling actief overleg gevoerd en elkaars werk kritisch benaderd. Dat komt de kwaliteit ten goede, met een 100% resultaat.

De casus is er één uit duizenden, maar een geval dat voor de curator eenvoudig stuk kan lopen op het aan te dragen bewijs.

Aanleiding
Kort voor faillissement is een bedrag van € 19.000,- overgeboekt aan de holding/bestuurder (hierna: Holding) van de gefailleerde. De curator heeft de betalingen buitengerechtelijk vernietigd omdat het onverplichte rechtshandelingen betrof die de schuldeisers, met wetenschap van benadeling, hebben benadeeld (faillissementspauliana van art. 42 Fw).

De Holding voert verweer. Zij stelt dat de betalingen verplichte rechtshandelingen zijn, omdat tussen de gefailleerde en de Holding een rekening-courant verhouding bestaat. Er is geen rekening-courant overeenkomst. In een rekening-courant verhouding is het saldo, als niets anders is geregeld, direct opeisbaar. Volgens Holding betrof het dus een verplichte rechtshandeling. Een verplichte rechtshandeling kan alleen worden vernietigd als 1) wetenschap van de faillissementsaanvraag bestond, of 2) er samenspanning tussen de gefailleerde en de Holding heeft plaatsgevonden met als doel om de Holding te begunstigen boven de andere schuldeisers. Aangezien punt 1 niet van toepassing was, zou de curator het zeer zware bewijs van punt 2 moeten leveren.

Onderzoek
Wij hebben echter gesteld en bewezen dat het helemaal geen rekening-courant betrof. Onderzoek wees uit dat in de verhouding tussen gefailleerde en Holding slechts sporadisch hele kleine bedragen werden terugbetaald, en in de laatste anderhalf jaar niets dan de vernietigde betalingen. De door gefailleerde ontvangen gelden waren bovendien geboekt in een grootboekrekening genaamd ‘langlopende lening’. De rechtbank oordeelt daarom dat er geen sprake is van directe opeisbaarheid omdat geen sprake is van een gebruik of afspraak van over en weer boeken van vorderingen (in rekening courant).

Het dreigende bewijsprobleem heeft ons het nodige zoekwerk opgeleverd, maar de aanhouder wint. Hoewel het belang niet groot is, komt dit veel voor. Een ongeregelde rekening-courant, die door gebrekkige vastlegging en het uitblijven van terugbetalingen van kleur verschiet, bijt menig groepsvennootschap of directeur-grootaandeelhouder in de staart.

Wil je het vonnis nalezen? Dat kan hier: ECLI:NL:RBOVE:2021:73

Heeft u vragen over de rekening-courant verhoudingen met uw onderneming of binnen uw groep van ondernemingen? Neem dan contact op met Martijn Samsen of Mark Loef, of een van de andere advocaten van onze praktijkgroep ondernemingsrecht.

Deze blog is met aandacht en zorgvuldigheid geschreven, maar bevat informatie van algemene en informatieve aard. De informatie in de blog kan, afhankelijk van de omstandigheden van uw specifieke geval, niet of verminderd van toepassing zijn. De informatie in de blog dient derhalve niet als juridisch advies te worden beschouwd. Daniels Huisman aanvaardt dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit de blog.

Bericht delen via: